Stel, je leeft alleen in je eigen ondergrondse kamer. Het onfeilbare, altijddurende, universele Systeem zorgt voor je. Eten, drinken, licht, lucht, muziek, alles wat je nodig hebt krijg je van het Systeem. Het Systeem helpt je communiceren met andere mensen.
De wereld boven de grond is gevaarlijk. De lucht is verpest. Er groeit niets. Er woont niemand. Originele, creatieve, eigen gedachten zijn nergens goed voor, verwerpelijk zelfs. Net als echte emoties. Fysiek contact. Liefde.
Maar dan gaat er iemand op onderzoek uit. De menselijke nieuwsgierigheid laat zich nu eenmaal niet temmen. Hij ontdekt dingen over de bovenwereld. En over het Systeem. Want het Systeem faalt. En stopt.